Familie Helder op Reis: Jaartjeweg 2006 - 2007
Deze vierde route van onze Azië-reis begint met veel ‘rustdagen’ om alle indrukken van de afgelopen weken te verwerken. Ook zijn we bezig met voorbereidingen voor het derde deel van ons jaartje weg, de reis naar Amerika. Eerst nog een paar dagen in Singapore, zie ook het stukje van Johan. Halverwege de week reisden we met een veerboot naar een eiland van Indonesië. Volgende week willen we nog wat fietsen om ook iets van het ‘echte’ Indonesië te zien; we zijn nu eerst een paar dagen in een luxe vakantiepark.
Met de metro gaan we naar het stadsdeel waar een grote Indiase gemeenschap is gevestigd. Meteen al komen we op een marktje waar allerlei zalfjes verkocht worden tegen huidkwalen, wondermiddelen gemaakt van kruiden, tijger of krokodil. We lopen wat rond, bezoeken even een hindoetempel, lopen langs een grote moskee en komen ook in een groot elektronica-warenhuis.
‘s Middags splitsen we op. Wim gaat nog meer elektronica bekijken, en Anneke gaat met Litty en Johan eerst nog naar een ander warenhuis en dan terug naar ons huisje. Ook deze avond wordt bij veel huisjes een barbecuefeest gehouden, en wij krijgen een bordje “Singapore saté” aangeboden: spiesjes rundvlees met pittige pindasaus en wat komkommer, ui en nog iets (koude aardappel of toch rijstcake?) – lekker!.
Het verslag van vandaag is geschreven door Litty
We gaan naar wild wild wet vandaag, we hebben begrepen uit de foldertjes dat het een waterparadijs is. We gaan vandaag, maandag, omdat we dachten dat het in het weekend drukker zou zijn omdat er dan allemaal Singaporese mensen zijn. We kopen een Funkey card, een sleutel naar de pretwereld, zo heet de kaart en dat is die ook!
Als we er zijn gaan Wim Litty en Johan eerst van de olar-lah, een grote glijbaan waar we in een grote band vanaf gaan. Als we bovenaan zitten worden we natgespetterd door het personeel. Dan gaan wij drieën van de gele glijbaan (er is ook een paarse). Dat is een gewoon een lange glijbaan, maar wel leuk natuurlijk.
Verder zijn Wim en Anneke nog van een soort halfpipe geweest waarbij je in een bootje zat. Litty en Johan zijn nog heel vaak van de olar-lah geweest, omdat we maar met z’n tweeën waren mochten we heel vaak voor. Er kunnen zes mensen in de boot en als er vier of minder zijn vragen ze of er nog mensen zijn die de boot kunnen opvullen, dat wouden wij natuurlijk wel! We zijn natuurlijk ook nog van de paarse glijbaan geweest, dat was een overdekte donkere glijbaan waarin je niks zag, dat was wel grappig. De tube-rivier was ook erg leuk, vooral als er golven waren. Langs de tube-rivier stonden ook waterkanonnen waarmee je mensen kon natspuiten. Hier op de foto zie je dat ik mama natspuit. Er waren ook veel speelbadjes voor kleine kinderen, in zo’n badje was een reuzen-yakult. Die liep vol met water en dan kiepert die om. (hoe ze erop komen om dat ding yakult te noemen snap ik niet, yakult drinkflesjes zijn hartstikke klein)
Het was heel leuk in wild wild wet!
We zijn zo overweldigd door het enorme aanbod in de winkels hier, dat we graag een dagje echt gaan shoppen. Wim wil ook graag met zijn videocamera naar het Sony Service Center; vanaf Khao Yai doet de camera niets meer. Het komt goed uit dat Sony gevestigd is in een luxe warenhuis in Orchard Road, een straat vól warenhuizen. Nieuwe sandalen (weer echte Teva, daar hebben we toch meer vertrouwen in dan in de Aziatische varianten waarvan Johan sinds Vang Vieng al twee paar versleten heeft), en natuurlijk nieuwe elektronica: voor Wim een nieuw fototoestel met zoomlens, en voor de kinderen speeltjes voor onderweg.
Tussen al het winkelen door eten we natuurlijk even wat in een foodcourt. We voelen ons al helemaal thuis in Singapore. Na de zon in Wild Wild Wet, en met nog een aantal stranddagen in het vooruitzicht, kopen we ook nieuwe aftersun en zonnebrand.
Als we het shopping centre uitkomen, regent het flink maar wij kunnen snel de metro in en worden dus niet echt nat. Als we bij Pasir Ris aankomen regent het nog steeds, maar niet meer zo hard. Via een route onder de bomen komen we bij ons huisje.
Op zich hadden we wel wat langer in Singapore willen blijven, maar het is schoolvakantie hier, en alles is volgeboekt. Dus vertrekken we toch vandaag al naar onze volgende bestemming van de Azië-route: eiland Bintan. Bintan is onderdeel van De Riau-eilandengroep bij Sumatra. In Nederland is Bintan niet zo bekend maar het is wel groter dan Singapore. Een deel van het eiland is ingericht als resort-zone, hier is alles schoon en netjes als in Singapore. Er komen (vooral in het weekend) veel Singaporezen, met een speciale luxe catamaran-veerboot. Wij gaan ook met die luxe boot; geen gedoe met fietsen op het achterdek of bagage op het dak.
Maar eerst moeten we natuurlijk nog naar de ferry terminal. Wim heeft een schitterende route gevonden, langs allemaal fietspaden dwars door Singapore. Het is wel om, maar we rijden van park naar park, alleen bij enkele wegkruisingen merken we iets van het drukke stadsverkeer.
De ferry terminal lijkt wel een vliegveld: bagage inchecken, stempel halen in je paspoort (we gaan het land immers uit), en dan met boarding pass een poortje door voor controle van de handbagage. Gelukkig zijn ze niet zo streng als op een vliegveld; er was tevoren niet gewaarschuwd en Anneke had het zakmes nog gewoon in de stuurtas zitten… Gelukkig waren ze ook niet zo streng met het gewicht – pas als we de bagage al hebben afgegeven zien we dat ook hier eigenlijk een maximum geldt van 20 kilo per persoon, we hebben alle papieren gewoon in de fietstassen laten zitten, en dan zijn onze tassen toch wel te zwaar!
Vanaf de ‘gate’ loop je over een steiger naar een grote catamaran, vanaf de voorkant kun je onder de boot doorkijken, dat ziet er toch wel vreemd uit. De boot is lang niet vol, wij kiezen een plekje voorin met veel uitzicht. Later komt een steward melden dat de boot achterin stabieler is, maar wij zitten hier goed. Natuurlijk merk je dat de boot op en neer gaat over de golven, we gaan ook best snel, binnen het uur zijn we bij de steiger van Bintan. Welkom in Indonesië! Ook hier een moderne terminal, met immigratiedienst (met Nederlands paspoort kun je een zogenaamd ‘Visa on arrival’ kopen; we hoefden niet eerst naar de ambassade) en bagageband. Onze fietsen worden apart van boord gereden – we horen ze langskomen want de bagagemedewerkers rinkelen tijdens het lopen enthousiast met onze fietsbellen.
Je merkt toch wel goed dat dit een ander land is – leuk, al die bordjes met Indonesische teksten: paspor, kantor; Litty en Johan genieten er van en herkennen steeds meer woorden. Dat hebben we in Thailand, Laos en Cambodja wel gemist, daar konden we de letters echt niet lezen en in Singapore zagen we wel een paar woorden Maleis, maar vooral gewoon Engels en voor ons onbegrijpelijk Chinees.
We hadden de fietsen niet in de bike bags gedaan, dus we kunnen meteen de tassen opladen en wegfietsen. Dit is niet het Indonesië dat we kennen van verhalen, films en foto’s: geen drukte op straat, geen stalletjes langs de weg. Het lijkt meer op Singapore, maar dan (vrijwel) zonder verkeer. Heerlijk rustig fietsen dus over een goede asfaltweg, maar het eiland is wel flink heuvelachtig… Het lijkt ook wel wat op Thailand, vindt Litty: ze hebben hier blijkbaar mensen te veel, anders ga je toch niet met 6 man het gras nog een millimeter korter maaien, of de blaadjes wegvegen van een stoepje. We rijden naar een groot park-terrein waar verschillende hotels en restaurants zijn; wij kiezen houten bungalowtjes (met twee kamers) vlak aan het strand. Heerlijk rustig, schitterend wit strand met palmbomen. We bekijken het allemaal vanachter een luxe mixdrankje waarop we onszelf bij wijze van welkomstdrankje trakteren. Hier willen we wel een paar dagen blijven!
Een dagje luieren aan het strand. In dit afgeschermde deel van het eiland zien we niet hoe de mensen in Indonesië leven, maar we zien wel iets van de natuur: als Wim een stukje langs het strand loopt, ziet hij een ijsvogel en een moederaap met jong, vlakbij ons huisje ontdekt hij een vliegende hagedis, en we zien ook ‘gewoon’ palmbomen, eekhoorntjes, krabben en vissen.
Aan het eind van de ochtend gaan Wim en Anneke per fiets op stap om een winkeltje te vinden – dat lukt bij een nederzetting waar mensen wonen die hier in de resorts werken. Er is een geldautomaat, waar we wat roepia’s halen. In het winkeltje merken we veel Nederlandse invloed, zoals Friesche Vlag en een zakje “hagelslag” (zo heet het hier echt). Er is ook limonadesiroop ‘Terong Belanda’, maar de vruchten die op het etiket staan hebben wij in Nederland nog nooit gezien. Ondertussen maken Litty en Johan wat schoolwerk.
’s Middags weer naar het strand. Wim gaat snorkelen, en Litty en Johan spelen heerlijk in het zand. Litty: “We gingen eilanden maken. Johan maakte Blub-lantis.” Johan:”Ja, ik zat met mijn billen in het natte zand, en maakte eilanden van nat zand. Steeds kwam er een golf en dan blub – weg eiland. Ik heb ook het holletje van een krab uitgegraven denk ik. Tenminste, ik groef een kuil en toen opeens liep er 1 cm bij me vandaan een krab.” Litty: “Ik zat ook in zee, tot aan mijn bril in het water. Maar Papa waarschuwde dat het zeewater niet zo goed is voor mijn bril. Het was wel heel leuk”.
Weer een rustig dagje. Na het ontbijt gaan we alle vier snorkelen, dat kan hier (bij vloed) vlak voor de kust. Daarna terug naar ons huisje voor schoolwerk.
Litty ziet een eekhoorn vlak boven haar hoofd: “ik heb er heel lang onder gestaan. Toen jumpte hij weg naar een palmblad, dat blad ging helemaal op en neer”.
’s Middags wandelen we langs het strand naar een ander hotel in het park. Daar hoort een groot zwembad bij, waar wij ook gebruik van mogen maken. Bij een korfbal-paal (of is het toch voor basketbal bedoeld?) doen Wim en Johan een wedstrijdje, waarbij Johan wint.
Een paar keer zien we een bus aankomen met een groep nieuwe gasten – die worden verwelkomd met traditionele muziek en dans. Zo zien we toch iets van de Indonesische cultuur, echt anders dan in Thailand. Bij dit hotel eten we ’s avonds ook, en dan wandelen we terug naar ons eigen huisje.
Heerlijk, eenzelfde dag als gisteren. Weer veel bewolking, dat is wel prettig. Ondanks de smeersels zijn we alle vier toch aan het vervellen, op rug, borst, schouders of wangen – daar hebben we nu een vreemd roze velletje. “Ziet er niet uit”, vindt Johan.
Snorkelen, zandkastelen bouwen, wat lezen, reisverslag bijwerken, zwemmen, ballen – zo gaat de dag voorbij. ’s Avonds genieten we van een buffetmaaltijd. Gisteren hadden we al gezien dat daarbij ook broodjes met kaas (brie, en oude kaas!!!) geserveerd worden, en daar hebben Litty en Johan vreselijk veel zin in. Er is nog veel meer lekkers vooral ook heel veel soorten taart en andere zoetigheid, zelfs nog meer dan bij een verjaardag van tante Anda. Als we ’s avonds in bed gaan liggen, voelt het alsof onze buiken bijna het plafond raken, zo bol zijn ze!