Familie Helder op Reis: Jaartjeweg 2006 - 2007
Veel fietsdagen deze week, een aantal schitterende bergetappes. We overnachten in een aantal minder toeristische plaatsen, in wisselende accommodaties, maar eigenlijk treffen we het steeds goed. We eindigen de week in een stad van de Unesco Werelderfgoedlijst, namelijk het oude Sukhothai. Een indrukwekkend geheel, weer heel anders dan de opgravingen in Italië zoals het Forum in Rome of de ruïne-steden van Carsulae en Ostia.
Maximum hoogte 348 m, totale stijging 165 meter
Het begint alweer routine te worden: ontbijt op de kamer, fietstassen inpakken en rijden maar, Ook vandaag weer een schitterende, rustige route. Eerst langs een irrigatiekanaaltje tussen de rijstvelden door. Sommige veldjes zien lichtgroen van de jonge rijstplantjes, andere zijn kaal, dor bruin of zwartgebrand. Her en der is men bezig met ploegen. Bij Chiang Rai zagen we al eens een ploeg met fiets-aandrijving, hier loopt de ene boer zelf achter zijn ploeg, de ander heeft een soort tractortje dat over de modderige bodem schuift.
Omdat Litty’s fiets een beetje aanloopt, zet Wim zijn eigen fiets tegen een paaltje zodat hij zijn handen vrij heeft om Litty’s fiets te herstellen. Maar dan … Wims voorwiel zakt weg, de fiets glijdt schuin omlaag richting de waterkant…. Gelukkig valt de fiets net op tijd om, anders was hij met bagage en al in de sloot gereden!
Een stukje verderop weer sensatie, maar ditmaal omdat Litty langs de kant van de weg een schedel ontdekt met scherpe tanden. Een wilde hond?
Halverwege de route slaan we een zijweg in, naar een tempel waarvan we de stupa al boven op een heuvel zien liggen. Voor de tempel zelf moeten we ook al een beetje klimmen. Dit klooster hoort bij een groepering waarvan de monniken soms bordeauxrode doeken draagt in plaats van de gebruikelijke oranje. Er zijn verrassend veel andere bezoekers, indrukwekkend om te zien hoe die eerbiedig zijn bij een ‘voetafdruk’ van Boeddha of een beeld van een monnik die hier geleefd heeft. Van zeer gewaardeerde monniken wordt trouwens een wasafdruk gemaakt die er griezelig echt uitziet. Ook de monnik die je op bijgaande foto ziet is zo'n wasafdruk. Wim klimt ook de trap op naar de stupa boven op de heuvel, maar dat valt tegen: zowel het uitzicht als het feit dat er ook gewoon een asfaltweg naar boven loopt.
Hierna wordt onze route wat heuvelachtiger, maar nergens steil. Mooi landschap met veel bos. Ondanks waarschuwingen voor bosbrandgevaar wordt ook hier vlak langs de weg ongewenste begroeiing gewoon platgebrand – bij elke warme windvlaag laaien de vlammen hoog op, zonder dat er iemand bij is die de boel in de gaten houdt. Geen Thai die zich hier druk om maakt, en wij dus ook maar niet.
In Ban Hong is één hotel, met alleen een Thai-opschrift. We hadden er geen hooggespannen verwachtingen van, maar er zijn mooie kamers, veel luxer dan afgelopen nachten in Lamphun: een gewone wc, warm water en een koelkast. Ook het ‘eenvoudige restaurantje langs de weg’ valt reuze mee, we hebben er prima gegeten, en ook op onze manier genoten van de karaoke. Van ons had het ook wel zonder geluid gemogen, maar het was leuk om te zien hoe een steeds groter wordend groepje jongens om beurten met veel enthousiasme de microfoon greep. Aan ons eigen tafeltje hebben wij ook lekker onze eigen liedjes zitten zingen, toch niemand die ons horen kon: van Abba en de Beatles, maar ook Jan Smit en Frans Bauer.
Totale stijging 366 meter, maximale hoogte 454 meter, hoogte in Li 428 meter
De routebeschrijving voor vandaag was erg simpel: vanuit het hotel rechtsaf, na 2 km langs een politiepost, na 26 km langs een wat en na 64 km ben je bij de bungalows in Li. Het fietsen ging iets minder simpel, want de weg ging soms flink op en neer. Een schitterende route, langs rijstvelden en bos, met af en toe een dorpje. Weer grote zwartgeblakerde stukken, dat vinden wij niet zo mooi maar ja, we rijden echt door het land en niet door een park dat voor de toeristen groen gehouden wordt. Toch zou het goed zijn als er wat minder verbrand wordt – in de krant hadden we al eens gelezen dat de luchtvervuiling rond Chiang Mai soms erger is dan in Bangkok. Want niet alleen groen wordt verbrand, maar ook veel huisvuil (niet alle huisvuil wordt opgehaald), en alle rook en damp blijft hangen tussen de heuvels.
Bij de Wat Ban Pang houden we een lange pauze. We stoppen bij een afdakje onder aan de trap naar de tempel, en eten daar brood. Wim gaat eerst met Johan naar boven, en daarna Johan nog even met Anneke. Johan vertelt enthousiast wat hij hier met Wim heeft bekeken. Net als bij de wat van gisteren, dragen de monniken hier geen oranje maar rode kleren. Er is een zilveren gebouwtje, een groot boeddhabeeld buiten, en een gebouwtje met buitentrap naar tempel met mooie bewerkte teakhouten deuren, en onderin een soort museumpje met muziekinstrumenten, een leunstoel, eettafel, servies, auto, bakfiets en zilveren kistje. Er is niemand die ons kan vertellen wat dit is, en de bordjes kunnen we helaas niet lezen, dus bedenken we zelf maar iets. Huisraad van de eerste abt van het klooster? Of attributen die gebruikt zijn toen de koning hier ooit geweest is?
Als we later nog eens stoppen om een drankje te kopen, zit er een wandelende tak op Anneke’s fietstas, van zo’n 12 cm lang. Grappig om te zien hoe die zijn voelsprieten uitsteekt om de omgeving af te tasten, het lijkt wel een dansende tak.
We gaan verder door het landschap. Na het oogsten van de rijst blijven de stengels staan. Die worden verwerk tot hooi. Daarvan worden fraaie hooibergen gemaakt in de vorm van een Afrikaanse hut. Omdat het hier in de droge periode zeer weinig regent, kunnen dergelijke hooibergen gewoon in het landschap blijven staan.
Door alle heuvels en de lange middagpauze, moeten we ons aan het eind nog haasten om vóór donker binnen te zijn, maar dat lukt gelukkig wel. Een eenvoudig bungalowcomplex zonder voorzieningen – gelukkig waren we voorbereid en is de voorraadtas gevuld. We hebben soep, noedels en crackertjes maar geen verse groente want de gekochte ‘tomaatjes’ blijken een soort zure pruimpjes te zijn…
Nu we weer eens lekkere zachte bedden hebben, wil Johan graag uitslapen – we doen rustig aan vandaag. Ontbijt op de kamer, en dan fietsen we naar het centrum van Li. We vinden niet echt iets bijzonders, wel een internetcafé, een markt om boodschappen te doen en een mini-pizzeria. Daar eten we als lunch wat pizza-stukken, met een ijsje toe – smaakt een beetje naar kokos (zou het gemaakt zijn van kokosmelk?), en als garnering bovenop zit een zoute wokkel. Vanaf ons eetplekje hebben we uitzicht op kinderen in allerlei verschillende kleuren schoolkleding, die vandaag voor een sportdag naar het centrum van Li gekomen zijn.
Terug naar het huisje, om schoolwerk te maken. Dat huisje heeft een standaardvorm voor een Thais motel. Vooraan een open ruimte om je auto te parkeren (daar zetten wij dus onze fietsen) en daarachter een relatief eenvoudige kamer. Wij hebben al een paar keer heerlijk rustig in zo'n motel geslapen. ’s Avonds maken we weer een eigen maaltijd klaar, dit keer wel met echte tomaatjes.
Hoogste punt 624 meter, totale stijging 323 meter, hoogte in Thoeng 173 meter.
Na een zonnige week nu een dag met veel bewolking. Weer een heuvelachtige etappe, maar nu waren we er beter op voorbereid. De eerste 20 kilometers gaan vooral bergopwaarts. Een paar keer loopt Wim een stukje terug om Litty op te halen maar dat is niet nodig: ze gaat wel iets langzamer dan de anderen, maar komt toch zelf fietsend boven!
Bij een winkeltje waar we stoppen voor wat drinken, zien we weer een loterij zoals we op weg naar Khao Sok ook al eens zagen: aan een kartonnen plaat zijn allerlei prijsjes gehangen, met een nummertje erop: een pakje waspoeder, een blikje bier, een plastic speeltje of een lampje. Daarbij vele kleine opgevouwen briefjes. Voor 1 baht mag je zo’n briefje openmaken, en dan maar hopen dat er een nummer op staat waar een prijs bij hoort! Dit keer willen Litty en Johan wel eens een gokje wagen, maar ze hebben allebei geen prijs. Jammer van de snoepjes en speeltjes, maar we zijn blij dat we geen keukenklok gewonnen hebben!
Om half een zijn we boven op de pas, ruim 600 meter hoog. Er is een tempel, waar we rustig kunnen zitten om brood te eten. Daarna een schitterende afdaling. Je ziet vaak een bocht verder de weg al in de diepte, dat ziet er spectaculair uit. Het lijkt wel een bergetappe in de Alpen, maar daar zagen we geen rijstplantjes op de hellingen of geestenhuisjes langs de weg.
Het bos heeft vele kleuren groen, geel, oranje, paars, grijs en bruin; soms rijden we langs rotswanden – in de auto zouden we dit geen fijne weg vinden, zegt Litty – dan zouden we misselijk worden van alle slingeringen, maar nu op de fiets is het geweldig. Op een gegeven moment hebben we ook uitzicht op een mooi stuwmeer.
Na vele, vele kilometers dalen komen we bij Thoeng. Langs snelweg nummer 1 stoppen we bij een hotel. Lakens op bed, de lichtknopjes werken, de kraan lekt niet – dit hotel biedt een kwaliteit die we al lang niet meer vanzelfsprekend vinden.
Er is ’s middags eerst nog tijd om wat schoolwerk te maken, daarna eten we in het restaurant van het hotel. Als specialiteit van het huis wordt somkrieng juice aangeboden – in een klein ‘fabriekje’ achter het hotel wordt dit sap gemaakt en gebotteld. We mogen eerst proeven, een beetje bitter maar wel lekker, waarschijnlijk is dit pomelo-sap.
Hoogste punt 468 meter, totale stijging 457 meter, hoogte in Thung Saliam 109 meter.
De overnachting is inclusief ‘American breakfast’, dat wordt hier geserveerd als een zeer licht geroosterde boterham (broodroosters in Thailand staan vaak heel licht afgesteld; als we in een hotel zelf mogen roosteren, doen we het brood er vaak twee keer in) met boter en lekkere jam, een kop thee Thai style (had Anneke in Chiang Rai al eens geprobeerd; hier was de crème door de thee geroerd, het geheel zag er meer uit als tomatensoep en smaakte alleen in de verte nog naar thee), en een bord met ‘fired egg’, een soort knakworstje en 2 plakjes ‘Vietnamese’ (gekruide) worst. Morgen maar weer zelf een ontbijtje verzorgen…
Het belooft vandaag weer een heuvelachtige route te worden. Om 9 uur zitten we al op de fiets, en vrijwel meteen begint een klim. We stoppen regelmatig voor een slok water uit de bidons. De weg is steiler dan gisteren, op het steilste stuk gaan Anneke en Litty even lopen. Het landschap lijkt volledig onbewoond, maar wel horen we op verschillende plaatsen mensen aan het werk: we horen geluid van kappen en hakken, en zien ook mensen met bundels takken of rietpluimen uit het bos komen. We doen er 3 uur over om boven op de pas te komen; we hebben dan 10 kilometer gefietst en vele meters geklommen. Na een korte stop dalen we af tot het eerste dorpje, waar we stoppen bij een winkeltje. De afdaling is ook veel steiler dan gisteren, je moet voortdurend remmen en hebt dus minder gelegenheid om rustig van het landschap te genieten. We dachten dat we na de pas verder een makkelijke fietstocht zouden hebben, maar de weg blijft voortdurend op en neer gaan, en door de warmte lijkt het nog extra steil. Johan let er vandaag goed op dat hij voldoende drinkt, steeds heeft hij als eerste zijn bidon leeg maar dat betekent ook dat hij onderweg vele malen een plasje moet doen.
Later komt nog een traject van 20 kilometer door de heuvels zonder winkeltjes, het is een verrassend mooie tocht maar we zijn blij als we na de laatste afdaling weer in een dorpje zijn. Dan nog zo’n 10 kilometer over een vlakke weg – links en rechts frisgroene rijstvelden, en op de achtergrond de grillig gevormde heuveltoppen, een schitterend gezicht! De hele dag al hebben we veel vogels gehoord, en nu horen we vanuit de natte rijstvelden ook kikkers kwaken.
Vandaag weer een eenvoudig guesthouse, met restaurantje schuin aan de overkant. Daar staat een karaoke-pc, en omdat er geen andere klanten zijn, kunnen de kinderen eens goed bekijken hoe dat werkt. Ze vinden ook Engelstalige liedjes, en dan willen ze het wel eens proberen. Muziek uit de geluidsboxen, tekst op het scherm, microfoon in de hand en zingen maar! Frans Bauer is er natuurlijk niet, maar we vinden wel Every sha-la-la-la, Edelweiss, Grease (voor Wim) en een liedje dat Wim en Anneke nog nooit gehoord hebben maar dat beide kinderen enthousiast meezingen. Het valt trouwens nog niet mee, om precies in het goede tempo te zingen. We krijgen er steeds meer lol in. We hebben deze reis al herhaaldelijk gezegd dat karaoke van anderen niet om aan te horen is, maar we snappen nu wel dat karaoke gewoon heel leuk is om zelf te doen!
De maximum hoogte vandaag was 112 meter, we hebben nog 102 meter geklommen maar eindigen uiteindelijk op rond 50 meter
Weer een fietsdag, maar veel minder zwaar dan de vorige twee: er staat een fris windje, en de route is vrijwel vlak. Ook weer rustige wegen, en toch ook een mooie omgeving: Eerst langs rijstvelden, soms groen en soms dor. De dorre stukken lijken wel op Hollands heidelandschap. Om de rijstvelden goed te kunnen bevloeien zijn ze afgegraven. Vaak staan er in de rijstvelden ook wat losse bomen of groepjes bomen, op een soort eilandje. Er worden trouwens ook wel andere gewassen verbouwd, maar die herkennen we niet altijd. In elk geval ook watermeloen, want die wordt in vele stalletjes langs de weg verkocht – ook wij kopen een grote meloen. We komen ook langs een boomgaard met vruchten die van buiten wel wat op pruimen lijken, maar binnenin zijn ze wit en ze smaken ook anders (bij een stalletje mogen we even proeven).
Onderweg zien we veel vogels. Vaak zitten ze in de rijstvelden maar natuurlijk ook op elektriciteitsleidingen. We zien bijvoorbeeld een soort met een lange staart (“eentje zat te shaken met zijn staart, die deed ding-dong-ding-dong”, wijst Johan). Wim probeert foto's te maken van de verschillende soorten vogels maar die worden natuurlijk niet allemaal even scherp. Het zal ons benieuwen of we ooit op basis van de foto's enkele interessante soorten kunnen achterhalen.
We hebben ook weer heel wat schoollessen verstoord: als we langs een school rijden is er altijd wel een kind buiten dat ons ziet, en gauw zijn vriendjes waarschuwt: “Falang! Falang!” (falang of farang is het Aziatische woord voor vreemdeling) – voor je het weet staan er dan zo’n 20 kinderen langs de weg te roepen en te zwaaien. Litty en Johan hebben er wel lol in om zo toegejuicht te worden.
Na een paar pauzes komen we halverwege de middag in het oude centrum van Sukhothai. Sukhothai was in de 13e/14e eeuw de eerste hoofdstad van het verenigde Thailand (dus na samenvoeging van eerdere kleine koninkrijkjes, zoals de oude culturen die we in Lamphun zagen). Twaalf kilometer verderop is een nieuwe stad Sukhothai ontstaan; het oude centrum is een rustig plaatsje dat deels bestaat uit een historisch park en deels bewoond wordt en wat winkeltjes, restaurantjes en guesthouses bevat. Wim heeft in de reisgids een hotel iets buiten het oude centrum ontdekt dat bungalows en een zwembad heeft – daar gaan we naar toe. Wim gaat ook meteen zwemmen; Anneke en de kinderen genieten lekker van de koelte op de veranda van onze bungalow. Er is een schitterende tuin bij.
Rustig begin van de dag, ontbijt op de veranda. Litty en Johan zitten heerlijk naar liedjes te luisteren op de mp3-speler (oefenen voor een volgende karaoke-sessie?). Halverwege de ochtend stappen we op de fiets, en rijden naar het oude centrum. Eigenlijk staat het hele stadje vol ruïnes, maar voor het centrale gedeelte moet je toegang betalen, daar is een zogenaamd Historisch Park aangelegd. Het is ook echt een mooi park, de meeste toeristen huren een fiets om rustig rond te rijden en alles te bekijken. Eerst komen we al langs een tempel met een soort slotgracht eromheen, waar ooit de eerste keer Loy Krathong gevierd werd (dit feest maakten wij begin november mee op Phuket). Dan gaan we naar het museum, met allerlei vondsten uit de omgeving. Er is ook een informatie-pc, waarop je o.a. het onderwerp “royal visits” kunt kiezen. Zo zien we foto’s van koning Beatrix en prins Willem Alexander, die hier in 2004 waren. En er is een gedeelte met bijzondere Boeddha-amuletten – daar moet je natuurlijk wel je schoenen uitdoen!
Tijdens ons rondje door het oude centrum komen we nog langs enkele tempels. Een paar keer stappen we af om wat rond te lopen. Het is hier echt schitterend, heel indrukwekkend die verweerde stupa’s met Boeddha-beelden. En het is er gewoon heerlijk rustig, een ontspannen dagje.
Halverwege de middag rijden we terug naar de bungalow. Wim, Litty en Johan duiken het water in, Anneke blijft rustig op de veranda. Rond etenstijd gaan we op weg naar een restaurantje, maar vlakbij is een avondmarkt opgebouwd waar naast kleding, huisraad en cd’s ook allerlei etenswaar te koop is. Hier doen we elk wat inkopen, en keren dan terug naar de bungalow om daar te eten. Litty geniet van pannenkoekjes, Johan wou wel wat uitproberen en heeft samen met Anneke een zakje sprinkhanen gekocht, en Wim en Anneke doen ook wat experimentele aankopen, onder andere een gevuld stukje bamboestengel, dat lekkere zoete kokosrijst blijkt te bevatten. Als je altijd in Thailand woont, vind je het waarschijnlijk heel normaal om insecten te eten, maar dan zou je waarschijnlijk veel dingen vreemd vinden die wij in Nederland gewend zijn, Litty vertelt daar in haar stukje meer over.