Familie Helder op Reis: Jaartjeweg 2006 - 2007
We hebben het gehaald, we zijn naar Rome gefietst! Naarmate de reis vorderde kregen we er natuurlijk steeds meer vertrouwen in dat het zou gaan lukken, maar ja, ook de laatste etappes moesten we natuurlijk nog wel gewoon fietsen.
Via twee campings (Fiano Romano en Prima Porta) reden we naar een hotel in het centrum van Rome. Midden in de stadsdrukte, dat is wel even omschakelen. Als we hier door de stad lopen, zijn we in niets te onderscheiden van andere Nederlandse gezinnen die hier met herfstvakantie zijn.
Na de lange dag van gisteren nu een rustige dag op de camping. Litty en Johan genieten van de vele poesjes die hier rondlopen, het ene nog kleiner en schattiger dan het andere. Verder vermaken zij zich op de trampolines. Wim gaat liever zwemmen (eventjes maar, het water is wel erg fris), en badmintonnen met Johan en met Anneke. ’s Avonds is er een computer-ruimte open, waar je gratis kunt internetten. Mail, MSN, spelletje spelen of slaapruimte zoeken in Rome. Dat laatste valt nog niet mee, alles zit vol vanwege een filmfestival. Dan blijven we nog maar een dagje extra in Fiano Romano.
De kinderen worden wakker met spierpijn van de trampoline, Wim met spierpijn van het badmintonnen. Vandaag dus maar andere activiteiten. In een foldertje van de camping zagen we plaatjes van een Romeinse villa die hier in de buurt gevonden is; daar willen we naar toe wandelen, en op de terugweg langs een winkelcentrum. Welgemoed gaan we op pad, maar het blijkt best een eind weg, en als we bij het wandelpad naar de villa zijn blijkt dat afgesloten met een groot hek – de enige geopende toegang is via de snelweg. We zien de villa dus alleen van een afstandje. In het winkelcentrum zijn eigenlijk ook geen ‘leuke’ winkels, dus beperken we ons tot de supermarkt, waar we een onbekende fruitsoort kopen, loti. Ziet er uit als een gele tomaat, de smaak is lastig te beschrijven maar in elk geval wel lekker. Dan lopen we terug naar de camping, eerst langs een drukke weg en dan een rustig weggetje de heuvels in, langs braakliggend land en olijfbomen.
Op de camping willen Litty en Johan natuurlijk weet direct op de trampoline, van andere kinderen kijken ze wat kunstjes af en als we gaan eten meldt Litty trots dat ze een salto kan maken! Nog net niet helemaal rond (ze eindigt op de billen), maar wel heel knap!
Al met al geen superdag, maar wel ontspannen. Via internet hadden we gisteravond laat toch nog een adres in Rome gevonden waar we terecht kunnen, maar we hebben ook bedacht dat we daar liever niet in één dag naar toe rijden. Het is nog best een eind langs de route (ruim 60 km), nog zo’n 500 meter klimmen en het laatste stuk moeten we door het drukke stadsverkeer. Dus we gaan lekker in twee etappes naar ons einddoel.
Na het ontbijt tassen inpakken, en het huisje schoonmaken. Omdat we maar 40 km willen fietsen vandaag, doen we rustig aan.
In het eerste deel van de route zitten nog flink wat klimmetjes. Het frustrerende van het fietsen in Umbrië is dat je met al dat klimmen eigenlijk nergens komt: na elke klim volgt een afdaling en dan ben je bij de volgende heuvel. Dan geeft het beklimmen van een Alpenpas veel meer voldoening! Ook in het afdalen hebben we een hoop ervaring opgedaan. We doen nog steeds rustig en voorzichtig, maar in een mooie afdaling halen we snelheden tot 50 km per uur, het is maar goed dat we allemaal een fietshelm dragen.
Op een dorpspleintje stoppen we om brood te eten. Daar gaat net de school uit. We hebben goed zicht op de kinderen die met hun roze, witte of blauwe schoolschortjes nog aan naar buiten komen en naar ons gevoel veel te warm gekleed zijn. ’s Middags rijden we langs rustige wegen door stukken met weilanden, boomgaarden en bossen. We houden nog eens pauze in een olijvenboomgaard.
Vanaf daar gaat de route in een lange afdaling naar Prima Porta, een voorstadje van Rome. Daar komen we in het drukke stadsverkeer: “Als Rome zó is, vind ik het geen leuke stad”, constateert Johan teleurgesteld. We moeten dan nog ruim 1,5 km langs de drukke Via Tiberina tot we bij de camping zijn. Daar slapen we in een soort stacaravan, die in twee kamertjes is verdeeld met elk twee bedden. Vreemde gewaarwording is wel dat wij Prima Porta zien als laatste etappeplaats op weg naar Rome, maar dat deze camping voor vrijwel alle andere gasten hun verblijfplaats in Rome is; vanaf de camping maken ze met de metro dagtochtjes naar het centrum.
Na een koude nacht ontbijten we binnen. In de campingwinkel heeft Wim verse broodjes gekocht, echte ‘Romeinse’, met een soort puist bovenop. Die herkennen Wim en Anneke nog van eerder bezoek aan Rome.
We kijken nog even bij de Tiber, en willen wegrijden, maar dan blijkt weer een band van de fietskar leeg: er zitten zelfs twee gaatjes in, waarschijnlijk van een doornstruik in de olijvenboomgaard waar we gistermiddag pauze hielden. Wim heeft de band snel gemaakt, en dan vertrekken we echt.
De Via Tiberina is nu zo druk dat er een langzaam rijdende file ontstaat, en daar kunnen wij rustig langsfietsen op een vluchtstrook – nog steeds niet echt leuk, maar wel veel minder erg dan gistermiddag. Daarna is het ondanks gedetailleerde routekaartjes en beschrijving nog een paar keer puzzelen welke van de vele wegen we moeten hebben, maar de route voert ons via relatief rustig traject naar het begin van een fietspad langs de Tiber. We hebben ons al een paar keer afgevraagd waarom er niet langs de hele Tiber een fietspad is, dan hadden wij vanaf de Appenijnen met het Tiber-water mee kunnen afdalen naar Rome, in plaats van al die heuvels over. Maar de laatste 12 kilometer is er dan toch een fietspad, dat goed gebruikt wordt door fietsers en hardlopers. Het doet denken aan de fietsroute langs de Oude Maas, waar je ook over een hoge dijk onder de stad langs rijdt. Hier echter geen grienden aan de andere kant, maar een sportpark, vervallen steenfabriek, waterzuiveringsinstallatie en busremise.
Als we de stad naderen, zien we ook enkele zelfgebouwde hutjes langs de Tiber, en later zelfs een hele krottenwijk van oude caravans, golfkarton hutjes en toiletgebouwtjes. Wim en Anneke kennen zulke woonwijken wel uit Midden-Amerika en Azië maar zijn net als Litty en Johan toch wel zeer onder de indruk dat we dit nu hier tegenkomen. We verbazen ons over de vele auto’s die tussen de huizen staan; helemaal armoe is het blijkbaar toch niet.
Nadeel van het fietspad is trouwens wel dat er af en toe een gesloten slagboom over het pad staat met weliswaar een fietsersdoorgang ernaast, maar die is zo smal dat onze fietsen met fietstassen er nog maar net tussendoor geperst kunnen worden – en wat de fietskar betreft boffen we dat de wielen er zo gemakkelijk afgehaald en weer aangezet kunnen worden, want met beide wielen eraan is de kar echt te breed.
Bij Ponte Milvio zijn we echt in de stad. We rijden eerst naar het plein van de Sint Pieter. Daar beseffen we goed dat we echt in Rome zijn. In het informatiestukje is nog eens teruggekeken op de gevolgde route
Litty en Johan worden door Anneke gehuldigd met een ‘snoepmedaille’ voor hun fietsprestatie van Delft naar Rome. Natuurlijk maken we hier ook enkele foto’s.
Door al het sjorren bij de hekjes langs het fietspad zijn de schroeven waarmee de bagagedrager van Wim's fiets vastzit losgeraakt; dat moet eerst vastgezet voor we verder kunnen fietsen. Zo halen we midden op het Sint Pietersplein de fietsreparatiespullen tevoorschijn en gaan aan de slag.
Via de heuvel van het park bij Villa Borghese rijden we naar ons hotel, in de buurt van Stazione Termini. Het is een groot portiek met twee trappenhuizen, en wel 6 hotels. Ons hotel biedt een ‘bike parking’, dat blijkt een klein binnenplaatsje waarvoor je achter de receptie (op de 1e verdieping) met een trappetje weer omlaag moet.
We lopen een verkennend rondje door de stad, en eten dan pizza bij een klein barretje waar we in een afgesloten inrit onder een luifel kunnen zitten, naast een geparkeerde auto en een lijn vol wasgoed. Een sfeervolle kennismaking met Rome.
Deze nacht sliepen we in het jeugdherberg-gedeelte van het hotel (een ruime kamer met 2 stapelbedden, douche/toilet op de gang ), maar voor de komende nachten is er alleen plek in het (duurdere) hotelgedeelte. Na het ontbijt verplaatsen we onze tassen naar een 3-persoonskamer met een extra bed, en eigen badkamer.
Op een stadsplattegrond hebben we een aantal dingen aangestreept die we graag willen zien, en daar maken we een rondwandeling van, die onderweg diverse maken wordt aangepast.
We bezoeken een kerk in een thermencomplex (S Maria degli Angeli) en een kerk in een Romeinse tempel (Pantheon). We zitten minstens een uur op de Spaanse trappen te kijken naar de vele tasjesverkopers en hun klanten. We wandelen door de Via Condotti met vele luxe kledingmerken (die wij vooral herkennen als brillenmerk; zo heeft Anneke een Gucci-bril). We zien twee levende standbeelden op Piazza Navona, en het wisselen van de wacht bij een regeringsgebouw. In de San Ignazio bewonderen we het geschilderde koepel-plafond, en dan werpen Litty en Johan allebei een muntje in de Trevi-fontein. Het is wel heel druk in Rome, maar het is er ook erg mooi, en ze willen graag eens terugkomen.
De hele dag is het bewolkt, en ’s middags en ’s avonds valt er ook wat regen.
Vroeg gewekt door werklui buiten op straat.
Vanaf vandaag hebben we een driedaags abonnement voor bus, tram en metro en twee musea. Met de metro gaan we naar het Colosseum. Daar staat een giga-rij voor de kassa, maar dankzij onze Roma-Pass kunnen wij zó doorlopen. Het is toch weer heel indrukwekkend, heel anders dan de arena in Verona. Op de bovenverdieping gaan we even zitten om de boeken en folders die we hebben nog eens door te lezen, en zo alles goed in ons op te nemen. Johan voegt daar nog allerlei feiten (?) aan toe die hij heeft gelezen in Waanzinnig om te Weten.
Vanaf het Colosseum steken we over naar het Forum Romanum. In de vele omgevallen zuilen en restjes steen proberen we de resten te herkennen van een basilica, de tempel van Vesta, Lapis Niger (er is veel zwartere steen dan deze), spreekgestoelte de rostra, regeringsgebouw de Regia en een tempel voor keizer Julius Ceasar die als god vereerd werd. Litty vraagt zich af waarom ze niet het forum nabouwen, dan kun je je veel beter voorstellen hoe het geweest is. En dan met thermen waar je ook echt in kunt baden, daar zou ze graag heen gaan. Samen bedenken we allerlei attracties om het nog echter te maken: 3D-film waarin je voor de leeuwen geworpen wordt, of in een karretje wagenrennen op Circus Maximus, of een zeeslag naspelen in het Colosseum.
We klimmen de heuvel op van het Palatijn, met mooi uitzicht op het Forum. Op de heuvel zijn nog veel meer ruïnes, en een museum met onder andere hutjes uit de tijd van Romulus. Toen leek het nog helemaal niet op een “Romeinse stad”.
Er is even wat regen, en we stappen in een bus. Via een brug bij de Engelenburcht komen we in Trastevere. Met een trammetje steken we weer de Tiber over, en komen dan bij Area Sacra, een opgravingsgebied waar vele wilde katten leven. Met een bus rijden we naar St Pieter, waar we een ijsje eten. Met een oud trammetje en tenslotte nog één halte met de metro komen we terug bij ons hotel.
De dag loopt wat anders dan gepland, maar uiteindelijk zijn we allemaal erg tevreden want we hebben veel mooie dingen gezien. Als eerst willen we naar San Clemente. Vanaf metrostation San Giovanni komen we eerst langs de St Jan van Lateranen. Wim heeft ooit gezegd dat Opa Helder daar met het mannenkoor gezongen heeft, en Johan heeft dat onthouden omdat hij de naam van de kerk zo bijzonder vindt. We lopen er dus even naar binnen, en zijn dan verrast door de mooie kerk. We kijken er een tijdje rond, tot slot ook bij de deur van het Heilig Jaar in 2000. Vervolgens langs de Scala Santa, trappen die volgens de legende afkomstig zijn uit het paleis van Pontius Pilatus in Jeruzalem. Nou, daar gelooft Johan dus niets van, dat die trap echt uit Jeruzalem komt. Wel mooi om te zien hoe veel mensen op de knieën naar boven gaan.
Op weg naar de San Clemente komen we ook nog langs de kerk van Quattro Coronati, waar de kapel met fresco’s van keizer Constantijn en paus Sylvester helaas gesloten is (“chiuso per restauro”). Als we dan eindelijk bij de San Clemente aankomen, gaat die net dicht vanwege middagpauze. We kunnen nog even een blik werpen op het mozaïek en staan dan weer op straat.
Wat nu? De kinderen hebben wel even genoeg kerken en oudheid gezien. Voor de middag bedenken we iets anders: de catacomben langs de Via Appia Antica, Deels lopend, deels met de bus gaan we erheen, en komen dan bij de catacomben van San Sebastian.
We volgen een rondleiding door de ondergrondse begraafplaats, en lopen dan nog een stukje verder langs de Via Appia Antica. Terug met de bus, en dan nog weer terug naar de San Clemente. Wel weer een kerk, maar met een spannend gedeelte onder de grond waar je door allerlei gangetjes kunt dwalen, langs een oudere kerk, oude Romeinse huizen en een heiligdom van de Perzische lichtgod Mithras. Zo’n kerk is natuurlijk wel leuk!
We eten in een pizzabar, en lopen/bussen nog wat door avondlijk Rome: verlicht Colosseum, gezellig Piazza Navona.