Familie Helder op Reis: Jaartjeweg 2006 - 2007
Na Venetië weer drie dagen fietsen, om bij Ravenna weer op de route uit ons boekje te komen, richting Assisi en Rome. Een vlak bijna Hollands polderlandschap, door Litty de TinkyWinky–Dipsy–LaLa–Po–vlakte gedoopt. Net zo groen als het landschap van de Teletubbies maar véél vlakker. Deel 2 van de fietsroute naar Rome hebben we niet meer nodig; vanaf Ravenna volgen we de beschrijvingen uit het derde (en laatste) deel. In het nieuwe routeboekje leest Litty: "In de Povlakte zijn de muggen ’s avonds zeer actief"; die specialiteit van de Povlakte hadden we graag willen missen!
Wij hebben nu ruim 2000 km met bagage gefietst, de route tot Rome is nog bijna 450 km.
Uitslapen, rustig ontbijt bij de tent en dan wat schoolwerk doen.
’s Middags met de bus naar Venetië. We dwalen weer wat rond op weg naar het San Marco-plein, en belanden dan bij het natuurhistorisch museum. Toegang is gratis, dus we lopen even naar binnen. Er is een mooie zaal met volledig skelet van een dinosaurus die in Afrika is opgegraven en de resten van een reuzekrokodil; lijkt wel op de tentoonstelling “Kroko XXL” in Naturalis. En een aquarium van de lagune, met vissen, zeeëgels, zeekomkommers en nog veel meer. Een onverwacht leuk museum!
Op het San Marco-plein lopen we eerst nog weer even de kerk binnen (die zou al gesloten moeten zijn, dus er staat geen rij meer maar je mag nog wel naar binnen). Geen vlonders, de vloeren zijn weer droog. Nu het zonnig is, zijn de mozaïeken veel mooier dan twee dagen geleden.
Bij het toegangskaartje voor het Dogenpaleis hoorde ook de toegang tot andere musea op het San Marco-plein, daar willen we ook nog kijken: over de geschiedenis van Venetië (met oude vlaggen, munten, wapens, lantaarnpalen en navigatie-instrumenten), klassieke Romeinse beelden en een oude bibliotheek.
De duiven op het San Marco-plein zijn nu aan het eind van het weekend volledig overvoerd, ze reageren niet eens meer als je ze iets aanbiedt – de mais-verkopers zijn hun handeltje aan het sluiten. Maar Litty en Johan hadden zich verheugd op de duivenmassa, en proberen net zo lang tot een duif hun broodje op eet.
We hebben pret om een groep Amerikaanse toeristen die in de wirwar van straten de weg terug proberen te vinden: Ja, hier zijn we langs gekomen, kijk maar, zo’n winkeltje met tassen/caranavalsmaskers/glas, zo’n pizzeria, zo’n gelateria, zo’n pleintje met waterput en kerk – wij dwalen nu al drie dagen door de stad, volgen ook al enkele malen bordjes richting Rialto, San Marco of Piazzale Roma, maar komen toch steeds weer op nieuwe plekjes. We zijn drie dagen in Venetië, en komen elke dag tijd tekort; we hebben hier van begin tot eind genoten!
Geen fantastische route vandaag, en in het begin geen fantastisch fietsweer, maar dit is ook Italië, en als je naar Rome fietst hoort dit er gewoon bij.
De dag begint goed, met een ontbijtje buiten, met lekker vers brood van de campingwinkel. Daarna een mooie voorstelling, want vlak naast onze tent wordt een nieuwe trekkershut geplaatst. De hut staat op een onderstel op wielen, en wordt zo door een trekker naar zijn nieuwe plaats gebracht (een échte trekkers-hut dus). Daaromheen enkele helpers, die met veel gebaren en druk gepraat proberen te waarschuwen voor overhangende takken, prullenbakken en waslijnen. Het lijkt wel alsof ze een opera opvoeren.
Als we klaar zijn om weg te rijden, begint het te regenen – al na een kilometer stoppen we om te schuilen, en meteen maar koffie te drinken. Daarna is het droog.
Na de zebra op weg naar Montagnana, hadden we vandaag eigenlijk gehoopt op een giraf, maar dat zit er niet in. Wel veel verdorde maisvelden, blaffende honden, kerktorens, kippen en wat gammele bruggetjes. Ook provinciegrenzen tussen Padua, Venetië en Rovigo, en leuke plaatsnamen, zoals Portemonnee (Portomonai), Botte Barbie (Botti Barbarighe) en Vermicelli (Orticelli).
Vandaag zien we voor de laatste keer de Adige, de rivier die we ook vlak bij de bron op 1500 meter hoogte hebben gezien. Daar een smal stromend bergriviertje. Hier zou het zo een brede Hollandse rivier kunnen zijn, zoals je ook op de foto kunt zien.
Bij de afslag naar Adria (nog 6 kilometer) begint het ineens flink te regenen. Het is dan al tegen zevenen, het wordt al schemerig dus we durven niet te wachten tot de bui over is. Geweldig, zoals Litty en Johan dit gewoon zonder enig gemopper accepteren.
Voor de Etrusken was Adria een belangrijke havenplaats (de Adriatische Zee is naar dit Adria vernoemd), maar de traagstromende Po laat zoveel slib achter dat de kust inmiddels zo’n 20 km is opgeschoven. In het fietsboekje staat het adres van een hotel in Adria; met hulp van de GPS rijden we erheen.
Het hotel is zonder ontbijt, dus kopen we zelf brood, melk en kaas in een buurtwinkeltje en eten dat lekker op in een parkje. Als variant op Bed&Breakfast noemt Litty dit hotel een “Bad, no breakfast” – maar eigenlijk is het zo veel lekkerder dan een Italiaans ontbijt.
Vandaag geen zebra, ook geen giraf, maar wel een grote slang die snel over de weg kronkelt en dan in een put verdwijnt. Grappig gezicht, want even later komt de slang door een ander gat van de put weer tevoorschijn, en je ziet dan zijn hele lijf erachteraan komen.
Comacchio blijkt een leuk plaatsje met grachten en bruggen (lijkt wel wat op Venetië, maar dan minder mooi en veel minder toeristisch). We overnachten boven een restaurantje, waar we ook gaan avondeten. Wim bestelt vlees en dat lijkt Johan ook wel wat. Wim vraagt zich af of Johan het wel op zal kunnen, maar dat blijkt een overbodige zorg: dit is een echt Italiaans restaurant met Italiaanse porties, dus een schotel vlees bestaat gewoon uit een stuk (lekker) vlees, zonder groenten en allerlei bijgerechten – eerder te weinig dan teveel dus, maar er is ook lekker brood, geraspte kaas en natuurlijk wat tortellini te proeven van Litty en Anneke.
Op onze kamer nog wat druiven als toetje, en dan is het bedtijd voor Litty en Johan. Wim en Anneke lopen ’s avonds nog een rondje door het stadje, langs de drievoudige brug waar ons hotel naar vernoemd is (Treponti).
Italiaans ontbijt, dit keer wel met een lekker broodje. Boodschappen bij de Coöp, en dan een tweede ontbijt bij de vissershaven. Comacchio ligt aan een groot meer, dat in verbinding staat met de zee. Vroeger waren er hier veel meer van dat soort meren, maar die zijn ingepolderd. We fietsen met links meer, rechts polder. Enkele vogelobservatiepunten, maar helaas geen flamingo’s gezien; wel veel andere vogels.
Veel doodgereden dieren langs de weg: egeltjes, meeuw, muskusrat (of zo iets), grote felgroene hagedis.
In het routeboekje staan verschillende campings aan de stranden bij Ravenna. We kiezen er een uit, maar als we daar zijn blijkt de camping gesloten: het seizoen is voorbij! Jammer, want het ziet er wel leuk uit hier en we zien, horen en ruiken de zee. Er loopt nog wel een soort beheerder rond, die ons verwijst naar een Lido vijf kilometer verder. Dat is nog even zoeken, maar dan blijkt ook daar de boel gesloten… Maar we hebben weer geluk: vlakbij deze camping hebben we een Residenza Turistica Alberghiero gezien, daar kunnen we terecht in een tweekamer-appartement. Mét keukentje, dus met voorraden uit de fietstas en verse tomaten kunnen we een lekker maaltje koken. Als toetje hebben we een bijzonder soort fruit dat Anneke vanochtend kocht in de supermarkt: giuggiole. Formaat kers tot pruim, pit als een olijf, smaak als appel – niet vies maar wel hard: misschien nog niet rijp?
Nadeel van deze streek is wel dat er heel veel muggen zijn. Wim gaat met een handdoek op jacht, en Johan doet enthousiast mee.
Met restjes brood en crackers maakt Anneke zelf een ontbijtbuffet klaar. Daarna doen Litty en Johan wat schoolwerk, terwijl Wim boodschappen doet. Na de koffie naar het strand: Johan rent direct met een bal de golven in, Wim gaat er achteraan, Litty spreidt haar badlaken uit en gaat zitten lezen en Anneke pompt Johans luchtbed op en gaat dan terug naar het huisje om rustig het reisverslag bij te werken en schoolwerk voor te bereiden – zo genieten we elk op onze eigen manier. Wim en de kinderen blijven de rest van de dag op het strand: zwemmen, boekje lezen, forten bouwen; Anneke komt nog een paar keer terug naar het strand met brood, fruit en koel drinken.
Aan het eind van de middag keren we terug naar ons muggenparadijs: een heerlijk rustig dagje.
Vanwege het mooie weer blijven we een dag extra hier, om te genieten van het zandstrand langs de Adriatische Zee. Vandaag iets meer bewolking, maar verder net zo’n dag als gisteren. We hebben inmiddels ook ontdekt hoe je hier kunt internetten: mooie gelegenheid om onze website eindelijk weer eens bij te werken en wat mailtjes te beantwoorden.
Met de bus naar Ravenna. De stadsplattegrond wemelt van de bezienswaardigheden, maar we spreken af alleen de zes kerken in het centrum te bezoeken die op de werelderfgoedlijst staan. Dan is het allemaal nog overzichtelijk, en is er tussendoor gelegenheid om een winkel in te gaan. Het voetgangersgebied valt wat tegen (want ja, niet hálf zo leuk als Venetië), maar de kerken en doopkapellen zijn vreselijk mooi, daar genieten ook de kinderen erg van. Je moet trouwens een kaartje kopen om de bekendste kerken te mogen bezoeken. De sfeer is daardoor meer die van een museum dan van een religieus bouwwerk.
Meteen de eerste doopkapel is al heel mooi. Je ziet de doop van Jezus in de Jordaan. De rivier wordt vertegenwoordigd door een "stroomgod". Zo deden ze dat in de oudheid (op de afbeelding links)
Ook de andere kerken hebben veel gekleurd mozaïek en allerlei herkenbare afbeeldingen: de symbolen van de vier evangelisten, vogels, schaapjes, stadspoorten, heiligen, de wijzen uit het oosten. Er is ook een kerk waarin uitgelegd wordt hoe de mozaieken gemaakt zijn (zie informatiestukje). We bekijken ook nog de mozaïek-vloeren van een Romeins huis, met afbeeldingen van de Goede Herder en van vier dansende figuren die de vier seizoenen verbeelden. We zien geen supermarkt, en besluiten daarom maar met de bus terug te gaan. Die rijdt eerst langs een badplaats voor de onze. Daar stapt Wim uit omdat hij een geopende winkel ziet. Hij vergeet alleen dat hij de sleutels heeft. Gelukkig heeft de beheerder nog een stel zodat Anneke en de kinderen toch het appartement in kunnen. Wim loopt met zijn boodschappen over het strand terug.