Familie Helder op Reis: Jaartjeweg 2006 - 2007
Na het ontbijt wordt alle grote bagage weer boven op de bus geladen. Het is een reisdag, maar onderweg zullen we een paar keer stoppen om dingen te bekijken. Dat begint al vrij snel met een bezoek aan nog een zijderups-kwekerij. Hier zien we precies twee stadia die we gisteren niet gezien hebben: een mand met eitjes en heel kleine rupsjes, en een mand met volledige cocons. We mogen allemaal een cocon meenemen als souvenir – als je daarmee schudt, rammelt het: zou deze pop nog een vlinder worden? De zijde wordt hier ook direct verwerkt, op een weefraam zien we het begin van een mooie lap, en de mevrouw biedt ook wat sjaals te koop aan.
We lopen nog wat rond in het dorp, en Mana wijst allerlei vruchten en blaadjes aan die je kunt eten: “very, very lekker”. We zijn het niet altijd met hem eens, maar proeven wel lekker van een soort stervrucht. Ook wijst hij ons een boom met knoppen van de nationale bloem van Laos. En een struik waarmee je kunt bellenblazen: als je een blad voorzichtig bijna van het steeltje breekt, kun je bellenblazen met het plantenvocht.
In een boom zit een groot nest vol rode mieren. Mana schudt ertegen met een stok, en dan ligt de grond vol met mieren. Hierbij heeft hij nog een gek verhaal: Laotianen, die meestal niet kunnen zwemmen, zouden geloven dat iemand leert zwemmen als hij zich door zo’n mier in zijn navel laat bijten – dat hadden we eerder moeten weten, denken wij als ouders, dan hadden we niet zo vaak langs de kant hoeven zitten bij de zwemles!
Bij een huis zit een groepje mensen met een baby-tweeling. Zeker bij de Ikho is lang gedacht dat een tweeling ongeluk brengt voor het hele dorp, tweelingen werden gedood. Het is dus best bijzonder als je nu ergens een tweeling ziet.
Mana wijst ook nog op een vrouw met zwarte tanden: dat komt van het kauwen op betelnoten (betelnoten zijn vergelijkbaar met pruimtabak).
Na deze lange stop rijden we weer verder, een mooie asfaltweg. De weg is aangelegd om handelsverkeer met China te stimuleren, dat wordt wel duidelijk als we bij een T-kruising komen. Linksaf gaat de goede weg verder naar China, maar wij gaan rechtsaf en daar is de weg meteen een stuk minder: deels onverhard, grote gaten en verzakkingen.
Onze volgende stop is bij een lokaal marktje langs de weg. Waar we in Thailand in dorpen langs de weg meestal een lange aaneenschakeling van winkels hebben gezien, zijn het in dit deel van Laos meer (vaak primitieve) stalletjes met locale producten. Er is een rijtje stalletjes met fruit (onder andere papaya en de ‘Lao-appels’ die we ook in het hotel kregen) en bamboescheuten, maar ook ratten (!) zoals je hier op de foto ziet. Er is ook rieten vlechtwerk. Wij kopen een gevlochten rieten tas met hengsel; men gebruikt die hier als rugzak met de band om het voorhoofd, maar hij is ook als schoudertas te gebruiken.
In een volgend dorpje houden we lunchpauze. De route gaat verder door de bergen; ’s middags stoppen we bij een uitzichtpunt (foto-stop!), daarna wandelen we een stukje langs de weg, dwars door een dorpje. Bij de school aan het begin van het dorp worden we enthousiast begroet door een hele groep kinderen. De kinderen komen met emmers en andere schoonmaakspullen de klas uit gerend. Vandaag bestond de lesdag uit het schoonmaken van de school. Geen overbodige luxe in deze stoffige omgeving.
Mana hoort ze een liedje zingen, en dan leert hij het liedje ook aan ons, een vrolijk liedje over ‘farmer happy’. Zingend lopen we verder, met een grote groep kinderen om ons heen. Eerst rennen ze gillend weg als onze kinderen bij ze in de buurt komen, later durven de dappersten wel samen op de foto. Ze hebben ook veel lol als we ze op de schermpjes van onze digitale camera’s de foto’s laten zien die we net gemaakt hebben.
Nog een stukje berglandschap, en dan zijn we in Oudom Xai. We slapen in een nieuw hotel. Spullen op de kamer, en dan is er tijd om rond te kijken in het stadje. We klimmen langs een onverharde ‘trap’ naar een tempel boven op een heuvel. Daar kun je je toekomst voorspellen, zoals we eerder al zagen bij tempels in Thailand. Er is een blikje vol genummerde stokjes, waar je rustig mee rammelt totdat er één stokje uitvalt. Bij het nummer van dat gevallen stokje hoort een briefje waar je lot op staat. De briefjes zijn alleen in het Laotiaans, maar er zijn aardige monniken die wel willen vertalen. Bij het briefje van Emiel houdt hij een heel verhaal over goed opletten op school, en niet met vrienden iets afspreken maar eerst je huiswerk afmaken (naar de kerk gaan mag wel…). Ook kan hij blij zijn met mensen die hem willen helpen, zoals zijn ouders en zus (Esther staat ernaast). Of dit echt allemaal op het briefje staat betwijfelen we – als Litty later aan Mana vraagt om háár lot te vertalen, zegt die alleen iets over “als je in verwachting bent, wordt het een jongetje”. De monniken gaan trouwens met iedereen een praatje aan omdat ze graag hun Engels willen oefenen. Je gelofte doe je pas als je ouder dan 20 bent. Tot die tijd is novice zijn een manier om goed onderwijs te krijgen. Niet zo heel anders dan het in Europa in de middeleeuwen was.
Als we gaan eten in een restaurantje, blijkt de stroom uitgevallen. Geen probleem, de service gaat gewoon door. We krijgen kaarsen op tafel, en in de keuken wordt gewoon bij kaarslicht gekookt. Alleen een fruitshake is lastig, want de mixer doet het niet – orange juice kan wel, ze persen gewoon met de hand. Sfeervol etentje zo! Maar hoe kunnen we aangeven dat we iets extra willen bestellen? Roepen en zwaaien hoort niet in Laos, en subtiel oogcontact met de bediening is best lastig in het donker! We zien een bordje van een internetcafé, maar de aangekondigde snelheid van “high speed, 256 kb” geeft niet veel vertrouwen, en zonder stroom hoeven we het natuurlijk al helemaal niet te proberen.
Door het stadje stroomt een rivier, en we hadden al gezien dat aan de overkant (net voorbij het restaurantje) de lampen gewoon branden, maar als wij terugkomen bij het hotel staat daar een rij kaarsjes op de trap – hier is alles nog donker! Zoals afgesproken, vinden we bij de receptie een briefje van Dilek met aanwijzingen voor de volgende dag – net als we dat lezen floept het licht weer aan! Later horen we dat er bij Vientiane een vrachtwagen tegen de elektriciteitsleiding was gereden, daardoor zat een groot deel van het land zonder stroom. Aan de overkant van de rivier komt de elektriciteit uit China, dus daar hadden ze geen last. De stroomvoorziening is er dus wel, maar erg kwetsbaar.